Uit gegevens van het Europees Parlement die eerder dit jaar werden gepubliceerd, blijkt dat de Europese Unie steeds meer afval exporteert. Sinds 2004 is er sprake van een stijging van maar liefst 77 procent! In 2021 bedroeg de uitvoer van afval vanuit de EU naar niet-EU-landen 33,0 miljoen ton. Bijna de helft van de totale afvalexport komt in Turkije terecht: circa 14,7 miljoen ton in 2021 - méér dan drie keer de hoeveelheid van 2004. Ook Pakistan is de afgelopen jaren aanzienlijk gegroeid als bestemming voor EU-afval, met volumes die zijn gestegen van 0,1 miljoen ton in 2004 tot 1,3 miljoen ton in 2021.
Derdewereldlanden
Of dat afval in die landen net zo efficiënt wordt verwerkt is de vraag. Jarno Stet, secretaris van de National Association of Waste Disposal Officers, stelde al eerder: ,,Laagwaardige en vervuilde materiaalstromen uit sorteerinstallaties worden onder het mom van recycling onder andere naar Turkije gebracht omdat dit goedkoper is. Er vindt geen controle plaats op de kwaliteitsnormen, waarna het in de natuur wordt gedumpt. Dat gebeurt ook in Maleisië en in derdewereldlanden. Met het oog op het milieu zou beleid erop gericht moeten zijn dat afval op de juiste wijze wordt verwerkt.” Of dat gebeurt in India (bijna 2,4 miljoen ton EU-afval); Egypte (1,9 miljoen), Indonesië (1,1 miljoen) en Marokko (0,6 miljoen) is zeer de vraag.
Afvalimportheffing
Uit het rapport ‘Afvalbeheer in de EU/feiten en cijfers’ bleek al eerder aan dat stedelijk afval in oostelijke en zuidelijke delen van Europa nog steeds in groten getale wordt gestort. Dat storten leidt tot uitstoot van het zeer schadelijke methaan. Malta, Griekenland, Cyprus en Roemenië zijn met 80 procent koplopers. Maar ook Kroatië, Letland, Slowakije en Bulgarije scoren met 60 procent zeer onder de maat. In Spanje, Hongarije, Tsjechië, en Portugal werd de helft van dit afval gestort. Het exporteren van Europees afval naar Nederlandse AEC’s – die dit hoogwaardig kunnen verwerken – wordt door de afvalimportheffing ontmoedigd. Het kabinet wil hier AEC-capaciteit afbouwen en neemt stort elders kennelijk op de koop toe.
Méér stedelijk afval
Ondanks het streven naar een circulaire economie was er, zo blijkt uit het rapport, een toename van de hoeveelheid stedelijk afval in Denemarken, Duitsland, Griekenland Malta en Tsjechië. Martien Visser, Lector energie en netwerken, stak eerder in gesprek met de Afvalvergroeners niet onder stoelen of banken dat een volledig circulaire economie nog ver weg is – als we die ooit realiseren. ,,We leven in een consumptiemaatschappij; na vijf jaar willen we een nieuw bankstel. Het kabinet wil dat we in 2050 een volledig circulaire economie hebben, maar de kans dat dit lukt, acht ik uiterst klein. In een circulaire economie hebben we in theorie geen afval, maar in werkelijkheid zal er altijd afval blijven.”