Het desastreuse voorstel om te stoppen met het importeren van buitenlands afval, zoals vermeld in het conceptverkiezingsprogramma van D66, is geschrapt. Dát is om meerdere redenen goed nieuws, maar vooral omdat Europa een groot tekort heeft aan afvalverwerkingscapaciteit.
Minst wenselijk
Afgelopen zomer rapporteerde de Europese Commissie dat grote hoeveelheden restafval hierdoor op de stort belanden. In 2020 was dat een schrikbarende 53,5 miljoen ton alleen al aan huishoudelijk restafval. In acht lidstaten werd zelfs meer dan de helft van al het huishoudelijk restafval gestort en in drie lidstaten zelfs méér dan 70 procent. De Europese Commissie benadrukte opnieuw dat het storten van restafval ‘de minst wenselijke optie’ is, want als restafval wordt gestort, leidt dat tot methaanuitstoot, een zeer agressief broeikasgas.
Europese markt
Het was Fons Potters, oud-D66-wethouder van Vught, die zijn partij wist te overtuigen van de onwenselijkheid van een afvalimportverbod, zo meldt Afvalonline. Een importverbod is volgens hem Europeesrechtelijk niet mogelijk omdat de afvalmarkt geen Nederlandse maar een Europese markt is. Fijntjes wees hij er ook op dat Nederland net zoveel brandbaar afval exporteert als dat het importeert.
Niet consequent
Potters noemt het ‘niet consequent’ als Nederland ongevaarlijk buitenlands afval weert, terwijl ons land gevaarlijk afval naar Frankrijk en Duitsland exporteert. Ook benadrukt hij het milieuaspect. Bij afvalverbranding wordt elektriciteit opgewekt en de CO2 kan worden afgevangen en hergebruikt in de glastuinbouw. In het D66-verkiezingsprogramma staat nu dat het streven is om ‘afval dat alleen nog verbrand kan worden op Europees niveau zo efficiënt mogelijk te verwerken’. Want dáár is winst te behalen!
Averechts
Zo toont onderzoek van het Duitse Prognos en CE Delft aan dat Europa 150 miljoen ton CO2-uitstoot kan besparen als de recycling- en verbrandingscapaciteit binnen de EU en het VK optimaal wordt benut en we de doelstellingen om minder te storten en meer te recyclen en verbranden behalen. De Afvalvergroeners wijzen het kabinet er al langer op dat de afvalimportheffing averechts werkt. Door deze heffing belandt Europees restafval in de landen van herkomst weer vaker op de stort, terwijl het in moderne Nederlandse afvalenergiecentrales kan worden omgezet in energie en/of warmte.
Primaire focus
Ook Pascal Peduzzi, directeur van GRID-Genève bij het Milieuprogramma van de Verenigde Naties, vindt dat landsgrenzen niet het enige criterium mogen zijn: ,,De milieueffecten moeten de primaire focus zijn.” Peduzzi pleit ervoor dat Nederland die Europese landen helpt die zelf te weinig afvalverwerkingscapaciteit hebben, want: ,,Het is een goed idee om warmte te gebruiken uit de verbranding van afval dat niet kan worden gerecycled. We mogen geen energie verspillen.”